Dender

De woelige, de bruisende

Nergens oogt de Dender zo indrukwekkend, nergens is de omgeving zo groen en ongerept als in de omgeving van Ninove. Vergis je echter niet want diezelfde lieflijke rivier verandert soms in een mum van tijd in een kolkende stroom. "Tenera" is het Latijnse woord voor Dender, afgeleid van het Germaanse "Thenra" dat Dender betekende… zegt de ene geschiedkundige. Of, waren het toch de Kelten die de grillige stroom bedachten met de naam “Tanera” wat “de woelige, de bruisende” betekent. Hoe dan ook speelde deze rivier een niet onbelangrijke rol in het ontstaan van Ninove.

In Ath, Henegouwen, vloeien de oostelijke en de westelijke Dender samen om 65 km verder in Dendermonde in de Schelde uit te monden. De Dender staat in voor de afwatering van de hele Denderstreek, een oppervlakte van 133 000 ha met een omtrek van 224 km.

Die Dender is altijd al een moeilijk te bevaren rivier geweest door het sterke bodemverval. Vroeger was de stroom 10 tot 12 m breed en +/- 80 km lang. In de zomer, bij laag water, kon men de rivier op verschillende plaatsen te voet oversteken, in de winter deden zich regelmatig grote overstromingen voor. De Dender is immers voor zo'n 90% afhankelijk van regenwater.

Door de eeuwen...

Van oudsher werd de Dender bevaren door lichte, smalle vaartuigen. In de 10de eeuw duiken de eerste primitieve sluizen op: de "portae aquarium" bestaande uit dikke planken die langs weerskanten in houten palen heen en weer schoven om het waterpeil te regelen. Met de opkomst van de Dendersteden rond de 11de eeuw, het toenemend handelsverkeer en de komst van zwaardere schepen werd het noodzakelijk de bevaarbaarheid van de Dender te vergroten. In 1285 beslist Gwijde van Dampierre tot een eerste kanalisatie, onder Lodewijk van Male werden in 1353 een tweede keer werken uitgevoerd en kwamen de eerste tolreglementen in gebruik. In die tijd werden vooral turf, hout, ijzer, stro, graan en zout verscheept naast wijn, honing, fluweel en lijnwaad.

De Dender was vaak onderwerp van tegenstrijdige belangen: de schippers wilden een hoog waterpeil om te kunnen varen, de boeren wilden na de winter een laag waterpeil zodat hun weiden langs de Dender konden draineren en niet zouden verzuren en de molenaars wilden zo veel mogelijk water gebruiken waardoor de scheepvaart dreigde stil te vallen.

In de 15de eeuw neemt de verscheidenheid van waren, aangevoerd via de Dender sterk toe: Vlaamse, Hollandse en Engelse kaas, stokvis, lakens, saffraan, kaneel, peper, suiker, wijn, bier, koren, erwten... De monniken van de Ninoofse abdij varen regelmatig naar Antwerpen en hebben zelfs een eigen schuit. Aan de oude Kaai is een scheepswerf, de eerste Ninoofse schippers duiken op en via het water worden dakpannen en bakstenen aangevoerd want men begint meer en meer stenen huizen te bouwen. Godsdienstoorlogen en de opstand tegen Spanje doen de Denderstreek ontvolken en leggen de handel en scheepvaart lam.

In de 17de eeuw herstelt de scheepvaart zich en wordt de Dender als verbinding tussen Henegouwen en de Schelde zeer belangrijk. Er komen bruggen, nieuwe sluizen, de bedding wordt verbreed, de rivier wordt gekanaliseerd. In de 18de eeuw zijn er in Ninove drie vaste bruggen: de Begijnenbrug (Burchtstraat), de brug van de abdij aan de Strijdmeers en de Pamelbrug aan de grens met Ninove.

In 1840 neemt de prille Belgische staat het bestuur van de Dender in handen. In 1853 regelt een Koninklijk Besluit de bouw van een sluis in Pollare en enkele jaren later wordt de Dender van oorsprong tot monding gekanaliseerd. De "nieuwe Dender" is een feit in 1867. In die periode zijn het transport van steenkool uit Wallonië en de vaart van Ath naar Blaton belangrijke factoren. Verder vervoert men kalksteen, kalk, arduin uit Lesse, kolen uit de Borinage, bakstenen, pannen, hout en graangewassen. De schepen werden veelal gesleept door stoombootjes maar ook door mensen of paarden vanop het jaagpad.

In de 19de en 20ste eeuw kwamen er tal van fabrieken langs de Dender, denk maar aan de lucifernijverheid. Na WO II vermindert het belang van de Dender zienderogen. Een herkalibrering kwam er nooit en de rivier is economisch van weinig nut geworden: de grote schepen van tegenwoordig kunnen niet op de Dender terecht.

De Dender nu

Deze bijzondere rivier werd steeds belangrijker voor toerisme en recreatieve vaart.  De natuur is dan ook indrukwekkend in de Dendervallei: diverse biotopen, blauwe reigers, weiden, meersen en broeken...  De inspanningen om het Denderwater te zuiveren zorgden voor een opmerkelijke verbetering van de waterkwaliteit én het visbestand. Via het jaagpad kan je fietsen van Geraardsbergen naar Dendermonde, er kwamen her en der picknickplaatsen met schuilhut (in Ninove ter hoogte van Roost in Denderwindeke). Voor de pleziervaart zijn er op diverse plaatsen aanleigsteigers met de nodige infrastructuur. In Ninove werd de vrije aanlegsteiger (je kan er gratis maximum 72 uur aanmeren) uitgerust met infrastructuur waarmee elke schipper zelf -via betaalkaart- elektriciteit en water kan afnemen. 

De Dender is vandaag een belangrijke toeristische troef geworden. Niet voor niets noemen kenners het een van de mooiste rivieren om te bevaren. Wat The Thames is voor Londen en de Seine voor Parijs is de Dender voor Ninove...


Contact informatie