Koepoort

De Koepoort, enige overlevende van de vier stadspoorten

Ninove, dat stadsrechten verwierf in de 14de eeuw, werd verdedigd door de burcht, een toren en een aarden omwalling, onderbroken door vier stadspoorten. De poorten verschaften toegang tot de stad via de vier belangrijkste invalswegen: de Brabantse Poort op de weg vanuit Brussel, de Geraardsbergse Poort op de weg vanuit de gelijknamige stad en de Kloosterpoort op de weg vanuit Aalst. De Koepoort gaf toegang tot de Nederwijk (vandaar ook "Nederwijkpoort"), de Kouter en de Dendermeersen.

Alle poorten deden in vredestijd dienst als woning voor arme lieden, opslagplaats voor poeder en wapentuig, gevangenis.

Eind 18de eeuw waren drie van de vier Ninoofse stadspoorten afgebroken. Op de plaats waar ze stonden vind je nu evocaties: een fontein met twee torentjes (Brabantse Poort), een kunstwerk (Geraardsbergse Poort) en twee gedenkstenen (Kloosterpoort).

Dat de Koepoort de sloophamer overleefde dankt ze allicht aan het feit dat zij het minst in de weg stond van de stad die zich stelselmatig uitbreidde.  

De Koepoort, waarvan voor het eerst sprake is in 1397, onder de benaming "Warmoespoort" werd ca. 1600 totaal herbouwd. Zij werd opgetrokken in zandsteen uit de groeven van Geraardsbergen en deed na haar herstelling officieel dienst als stadsgevangenis. Vermits zij, anders dan de andere poorten, over geen ophaalbrug beschikte, werd er in oorlogstijd een aarden bolwerk rond gebouwd...

Na stadsgevangenis werd de Koepoort achtereenvolgens verblijfplaats van de stedelijke vrijwillige brandweer en de bibliotheek. Daarna werd ze gebruikt als zaaltje voor socio-culturele organisaties. De tand des tijds knaagde echter ongenadig en het gebouw moest een volledige en grondige binnen- en buitenrestauratie ondergaan.

Op 11 maart 2012 werd de Koepoort feestelijk heropend. Nu is het zaaltje weer beschikbaar voor kleine concerten, lezingen... 

Voor alle info neem je contact op met de dienst cultuur (cultuur@ninove.be, 054 50 52 85)