Gesmeerd de zomer door

Maandelijks leggen we dezelfde vijf vragen voor aan een ondernemer. Om zo de mens achter de ondernemer te leren kennen. Lezeres Jamien tipte fietsenmaker Ronny voor deze rubriek: “Hij heeft al lang zijn pensioenleeftijd bereikt, maar hij blijft op post. Hij bewijst daarmee menig Ninovieter een grote dienst.” Wij haalden ons stalen ros van stal en staken ons (fiets)licht dus eens op bij Ronny Sport.

Ronny Sport aan het werk

Waarom koos je voor een leven als zelfstandige?

“Goh, ik ben iemand die gewoonweg niet kan stilzitten. Na mijn doorsnee werkuren vroeger begon ik me dus ook al snel te vervelen en ben ik in bijberoep gaan werken. In die tijd herstelde ik zowel auto’s, bromfietsen, als fietsen. In 1970 ben ik dan volledig zelfstandig geworden en sinds ’98 weten de mensen mij en mijn winkel te vinden in de Pamelstraat.”

Wat is het eerste dat je doet als je de zaak opent?

“Dat is zonder twijfel koffie zetten. Al 50 jaar lang komen er namelijk elke ochtend verschillende mensen langs. Zij komen dan een koffietje drinken, een babbeltje slaan of hun krant lezen. Als er geen koffie is zou ik dus zeker een aantal mensen teleurstellen (lacht). Ik vind het zeer fijn dat mijn winkel ook een soort sociaal aspect vervult en dat de mensen ook daarvoor bij mij terechtkunnen. Vroeger zat hier op een vrijdagavond soms wel 20 man en ook als er koers op televisie was, zat het hier goed vol natuurlijk.”

Vertel ons wat meer over jouw klanten.

“Ik kan met enige fierheid zeggen dat ik in mijn bescheiden fietsenwinkel vroeger heel wat profrenners heb mogen ontvangen. Zo kwam bijvoorbeeld Fons De Wolf hier regelmatig over de vloer. Nu, op mijn 74-jarige leeftijd, focus ik mij vooral op de recreatieve fietsers. Werken met beroepsrenners was enorm leuk en uitdagend, maar eiste ook veel uren en moeite. Dat is iets wat vandaag niet meer haalbaar is voor mij, dus zie ik nu vooral veel gewone mensen en gezinnen met jonge kinderen passeren.”

Wat is jouw grootste talent?

“Je kunt geen 50 jaar zaken doen als je niet weet hoe je moet omgaan met je klanten. Ik denk dan ook dat dat mijn grootste talent zal zijn. Je hebt menselijkheid nodig. Vele mensen komen naar mij met hun fiets, waar vaak zelfs maar een kleinigheid aan moet gebeuren. De grote fietsenwinkels zien dit bij oudere fietsen soms niet zitten. Ik help die mensen dan met plezier verder.”

Wat maakt je dag goed?

“Zolang ik kan werken, ben ik gelukkig. Ik heb een ganse dag plezier aan mijn werk. De stiel van fietsenmaker is iets die langzaam aan het uitsterven is. Het doet me dan ook goed als er nog klanten langskomen waarvan de fiets al generaties lang is doorgegeven binnen de familie, net zoals vroeger. Daarnaast word ik ook altijd gelukkig als de zon schijnt natuurlijk, want als het regent, laat iedereen zijn fiets binnen (lacht).”