Toeristisch bezoekerscentrum Hospitaalkapel
Ideaal gelegen, tussen de Dender en de historische binnenstad, staat de Hospitaalkapel. Wandelaars, fietsers en schippers langs en op het water en bezoekers die in Ninove rondkuieren, kunnen er sinds 2017 - in een historisch kader - terecht om de stad en omgeving te ontdekken.
De Hospitaalkapel - een gebouw met geschiedenis
Op deze plek werd in de 13de eeuw het Ninoofse hospitaal gesticht. Het ging om een instelling, een zogenaamd “passantenhuis”, met als doel zieken te verzorgen en onderdak te bieden aan passanten (rondtrekkende lieden), pelgrims en bedelaars. De oudste statuten van het hospitaal, vermoedelijk opgericht door Maria van Perwez, vrouwe van Ninove, dateren uit 1268. De werking werd toevertrouwd aan een viertal hospitaalzusters – aanvankelijk ook broeders – die geen deel uitmaakten van een orde of congregatie, maar een zelfstandige gemeenschap vormden.
Voor hun werking – lees: financiële middelen – konden de zusters rekenen op het zogenaamde “lepelrecht”, dat hen in 1277 werd toegekend door Maria van Perwez. Volgens dat recht moest uit elke zak graan die op de markt werd verhandeld, een “maat” graan aan het hospitaal worden afgestaan. De abdijheren van de Ninoofse Norbertijnerabdij waren daar allerminst gelukkig mee en deden er alles aan om deze belasting aan te vechten. Toch duurde het tot 1782 vooraleer het lepelrecht bij decreet van de regering werd afgeschaft, tegen betaling van 5.800 gulden (ongeveer 64.000 euro) aan de hospitaalzusters. Slechts enkele jaren later, in 1797, werden de religieuze ordes bij besluit van de Franse Republiek afgeschaft en moesten de zusters hun gebouwen voorgoed verlaten.
Ook hier stond vroeger een stenen kapel, waarover echter bijzonder weinig bekend is. In 1751 lieten de “vrouwe-prieuse” – de overste – en haar medezusters weten “dat onse kercke in seer slechten staet is ende daer aenne veel nootsaeckelyke reparatien souden moeten gedaen worden (...)”.
Aangezien de oude kapel niet meer te herstellen was, ging men in de 18de eeuw over tot de bouw van een nieuwe kerk, voltooid in 1763, zoals gebeiteld in de arduinen deuromlijsting. Kostprijs: om en bij de 16.350 gulden (ongeveer 180.415 euro), waarvan men een goede 3.816 gulden (ongeveer 42.107 euro) moest lenen.
In 1775 werd vervolgens ook een nieuw hospitaal opgetrokken. Deze gebouwen werden echter vlak na de Tweede Wereldoorlog afgebroken, zodat vandaag enkel de 18de-eeuwse kapel overblijft – bij Koninklijk Besluit van 29 november 1976 als monument beschermd.
De slanke voorgevel van deze statige kapel telt drie bouwlagen en is opgetrokken in drie traveeën, in classicistische stijl met een barokke inslag. De deuropening, met tabernakel, bevat een dubbele Lodewijk XIV-deur. In een nis erboven staat het beeld van de Heilige Apollonia, patrones tegen tandpijn. Opvallend is het originele, elegante torentje boven op het dak.
Binnenin trekt het 18de-eeuwse wit-gouden houten rococo-altaar, met graftombe, tabernakel en twee engelen in aanbidding, meteen de aandacht. Daarboven spannen zwevende engelen in een stralenkrans een kroon boven een duif die de Heilige Geest voorstelt. De rococo-communiebank, de moderne glasramen van Harold Van de Perre en de lambrisering met schilderijen vervolledigen het fraaie interieur.
Een nieuwe bestemming
Eind 2016 werd de kapel ontwijd, oftewel “aan de eredienst onttrokken”. In 2017 werd ze ingericht als toeristisch bezoekerscentrum, en nu worden hier, net als vroeger, “passanten” opgevangen. Al zijn het nu toeristen, maar ook bedevaarders naar Compostella. Je kunt er terecht voor toeristische informatie, fietstochten, wandelingen, en gidsbeurten. Ook zijn er allerlei publicaties over Ninove te vinden, of je kunt er gewoon rondneuzen en projecties over Ninove, vroeger en nu, bekijken.
Sinds 2017 resideren ook zes belangrijke Ninoofse inwoners in de Hospitaalkapel: de stadsreuzen Doeken, Doeka en Geeraard, Sinte-Pieter, Bockstael en Hansken Den Belleman. Ezel Mandus vervolledigt het illustere gezelschap.